Historie van de kerk

zaalkerk uit ca. 1400

De kerk van Breede is een recht gesloten zaalkerk, gebouwd eind 14e , begin 15e eeuw. Binnen- en buitenkant zijn wit bepleisterd. In 1983 is de kerk ingrijpend gerestaureerd. De kerk wordt bekroond met een kleine dakruiter uit de 17e  eeuw. De klok in de dakruiter werd gegoten door Hans Falck van Neurenberg in 1616 en het uurwerk van het Rochlitz type onder in de dakruiter is in 1932 geleverd door de firma Van Bergen uit Midwolda.

Op de luidklok staat in opliggend reliëf gegoten ANNO DUYSENT SES HONDERT ENDE SESTIEN HEEFT MY HANS FALCK VAN NUEREMBERG GHEGOTEN. SPES MEO IN DEO.

Verder staan er de namen van jonker Johan Syckinge, de kerkvoogd Focko Siertz en pastor Andreas Lisinck op. Daarbij is het wapen van Sickinghe direct in het ontwerp verwerkt en meegegoten.

Interessant is dat later een tweede wapen is ingegraveerd: dat van Focko Syrts, van wie ook de zerk op de stoep is (met een vrijwel gelijk wapen). 

Als we naar de westgevel kijken zien we een ingang onder een rondboog, met daarboven een spaarveld. De top van de gevel is versierd met drie klimmende spitsboognissen. De oostgevel heeft zeven spaarvelden met spitse bogen. Deze velden zijn opgevuld met siermetselwerk. De spaarvelden links en rechts van het midden hebben een dubbele boog waarvan de middenstijl op een kraagsteen rust. Topgevel en benedenzone worden gescheiden door een zaagtandlijst.

In de benedenzone zijn nog de profiellijsten van twee dichtgezette vensters te zien.De hoeken worden gemarkeerd door lisenen. Deze lisenen komen we ook tegen op de langsmuren; twee lisenen op de zuidmuur zijn vergroot tot steunberen om verzakking tegen te gaan.

In de langsmuren zien we spitsboogramen. Deze zijn in de 16e  eeuw ingebracht. In de 19e  eeuw zijn ze voorzien van gietijzeren harnassen. De ingang aan de zuidkant is nog te herkennen, maar die aan de noordkant is beter bewaard gebleven. Hij kwam bij de restauratie van 1983 gaaf te voorschijn maar is wel weer dichtgezet. Om deze ingang toch te accentueren heeft men de uitgemetselde kraagstenen van de boog zichtbaar gelaten.

Bij die restauratie bleek de kerk geen fundering te hebben; een halve meter onder het maaiveld stopt het metselwerk.